Lyrics:
Jij en ikJij en ikWij hebben zoveel woordenMaar allen die ons hoorden, voelden zich beroofdVan hun geloof, hun ideaalHun levensdoel, hun zegepraalZij schudden met het hoofdZij zeggen 'wat een kwaaie tong'Zij zeggen 'ze zijn veel te jong'Zij zeggen 'dat beloofd'Jij en ikJij en ikWij hebben zoveel liefdeMaar velen die het griefden, hoe liefdeloos we zijnVoor moeders met hun wijde schootVoor God en voor de kerkdespootVoor mannen in de mijnVoor kinderen in 't pensionaatDe blinde man en de soldaatVoor vogels op het pleinJij en ikJij en ikWij hebben zoveel pretjesMet vetjes en met metjes van donker in het bedVertellen we die wel eens voortDan zegt men dat het echt niet hoortTenzij in 't cabaretDat wordt voor ons een goeie zaakJe steekt met alles maar de draakEn krijgt nog een cachetJij en ikJij en ikWij hebben zoveel liedjesEn ieder voelt zich nietjes die zo niet zingen kanWij zingen van een fijne lachEen klein verdriet, een mooie dagOf van de zwarte manWij zingen voor de ganse straatDe buur die op de muren slaatDaar zingen wij niet vanJij en ikJij en ikWij hebben zoveel dromenMaar als de mensen komen vervelen zij zich ziekWij lachen als het echt niet pastWij bokken niet, dat is een lastWij zijn antipathiekWij hebben ons in droom gehuldMen zegt 'het is Roel z'n schuld'Maar 't is de schuld van MiekWij hebben ons een droom gehuldMen zegt 'het is Roel z'n schuld'Maar 't is de schuld van Miek